Ruimte om te leren in de Binckhorst

Redactie Geen categorie

25 januari 2021


Zet je graag je tanden in grote maatschappelijke uitdagingen en ben je niet vies van wat uitdaging? In de Haagse Binckhorst kunnen studenten en ondernemers hun geluk niet op.


Op 21 januari 2021 organiseerde Kennis Maken Den Haag in samenwerking met Kenniswerkplaats KIP een online talkshow. Ondernemers, beleidsmakers, onderzoekers, studenten en andere geïnteresseerden gingen met elkaar in gesprek over de rol van onderzoek en onderwijs in de transformatie van de Binckhorst.

Binckhorst voor iedereen

De verandering naar een wijk waarin wonen, werken en industrie worden gecombineerd, brengt veel vraagstukken met zich mee. Nieuwe woningen zijn mooi, maar hoe zorg je ervoor dat die betaalbaar zijn en een gemixte groep bewoners geeft? ‘Vergeleken met Moerwijk en Spoor is de Binckhorst de Côte d’Azur. We hebben Kompaan, Mama Kelly. Maar het schiet zo snel door naar nieuwbouw voor de hogere klasse, niet bereikbaar voor iedereen. Terwijl het juist zo mooi is als je een mix van mensen hebt,’ aldus Renzo Deurloo, Greenfox.

‘Vergeleken met Moerwijk en Spoor is de Binckhorst de Côte d’Azur.’

En hoe behoud je grote en kleine ondernemers in het gebied om kringlopen te kunnen (blijven) sluiten? Kleine ondernemers en maatschappelijke organisaties ervaren veel druk om te vertrekken uit de Binckhorst. Irmgard Bomers, I’M BINCK, maakt zich bijvoorbeeld ernstig zorgen over de betaalbaarheid van werkruimte: ‘Nu betaal je 40 euro per vierkante meter werkruimte, straks is dat 100 euro. Er moet een oplossing komen om leegstand te voorkomen.’

Gebied als klaslokaal

Net als Bomers pleiten Bas van den Berg, Haagse Hogeschool, en Marleen Buizer, Wageningen University & Research, voor de Binckhorst als klaslokaal. ‘Binnen onze minor Mission Zero vormen de uitdagingen van het gebied het startpunt van onderwijs,’ vertelt Van den Berg. ‘Studenten vinden dat in het begin eng in zo’n chaotische setting. We zien dat ze daarna met disruptieve ideeën en nieuwe inzichten komen.’ Buizer: ‘Studenten zien we het liefst, net als onszelf als onderzoekers, met de voeten in de klei. Dat ze deuren openen en de onderste steen boven proberen te halen, op zoek gaan naar details die relevant zijn voor het gebied en niet te snel in algemeenheden denken.’

‘Studenten zien we het liefst, net als onszelf als onderzoekers, met de voeten in de klei.’

Het lijntje bewandelen

Studenten kunnen een frisse kijk bieden en met verassende inzichten komen voor vraagstukken. Valkuil is dat die inzichten vervolgens in de la verdwijnen. Stagiair Michiel van Loon, iCircl, herkent dat: ‘Het is een dun lijntje tussen de vrije blik van studenten en de pakketten die vervolgens in de la verdwijnen. Ik pleit dan ook voor het begeleiden van studenten zodat je dat lijntje precies bewandelt.’ Ook is het belangrijk om voort te bouwen op elkaars kennis, en niet apart van elkaar het wiel opnieuw uit te vinden. Een docent van Inholland bekijkt het vanuit een ander perspectief en waarschuwt juist niet te veel te verwachten van de oplossingen die studenten verzinnen: ‘Het werkt andersom. Realiseer je dat studenten van de opdracht leren, en als je daardoor zelf tot andere inzichten komt is dat mooi meegenomen.’

‘Studenten kunnen niet alleen helpen in het ontwikkelen van kennis,’ aldus Marcel van der Klaauw, gemeente Den Haag, ‘maar ook een spiegel voorhouden bij ondernemers en beleidsmakers. Binnen de gemeente houden we die spiegel nog te weinig voor. Het belang van onderwijs zien we wel, maar het slechten van barrières is een lastige horde. Ik zoek naar manieren hoe we de blik van buiten kunnen benutten om die omslag te kunnen maken.’ ‘Er is ruimte nodig om te experimenteren, en de kaders daarvan moeten voldoende bewaakt worden,’ aldus Van den Berg. ‘Het is onze rol om te bewaken dat die ruimte niet al vergeven wordt voor andere doelen en belangen’, vult Van der Klaauw aan.

Hoop en lenigheid

Studenten hebben de ruimte om beleidsvrij te denken. Binnen de marges van het beleid is soms echter niet veel meer mogelijk. Deurloo heeft een sociale onderneming op de Binckhorst. Hij wil graag meedenken in de planvorming van de Binckhorst, maar merkt dat de ruimte daarvoor vaak al vergeven is aan de gevestigde orde. ‘Ik heb best een groot perceel en wil dat graag inzetten voor de maatschappelijke ontwikkeling van de Binckhorst. Komt daar nog kans voor?’

Van der Klaauw raadt aan: ‘Blijf hoopvol. Maak je behoefte kenbaar, geef aan dat je initiatiefnemer wil zijn van zo’n vraagstuk en het samen met onderwijs wil oppakken.’ Gespreksleider Annet van Otterloo concludeert: ‘We zijn allemaal mede-eigenaar van de uitdagingen in het gebied. Van alle betrokkenen vraagt het lenigheid om zo’n experiment aan te gaan en invloed te hebben op het vormen van de toekomst.’

Vincent Smit, Haagse Hogeschool, sluit daarbij aan: ‘Er komen momenten dat grote projectontwikkelaars blij zijn dat er alternatieven worden aangeboden. Omdat ze de gevolgen van het coronavirus ervaren, of projecten moeten temporiseren. Maar dan moet je er wel bij zijn en je verhaal klaar hebben. Dat kan via onderwijs, onderzoek en kennisontwikkeling. Ruimte voor innovatieve kennisontwikkeling in de Binckhorst is zeker aanwezig maar stelt hoge eisen aan je eigen inzet, samenwerking tussen partijen ter plaatse, kennisinstellingen en onderwijs.’